Vorige week kwam ik aan in Moskou. Het was een lange treinreis, maar gelukkig kon ik slapen. Een week lang zou ik er blijven, kijken naar het schoolsysteem. Die hardheid die je op tv ziet, zal die ook in de schoolbanken terug te vinden zijn?
Ik loop de middelbare school binnen. Een wiskundeles, iets met Pythagoras, maar ik kan de docent niet verstaan. Misschien had ik toch die cursus Russisch moeten volgen, ik ken geen enkel woord! Gelukkig kunnen de leerlingen wel een woordje Engels, al is het gebrekkig. Tijdens de les gaat het er hard aan toe: in toetsopstelling, met de armen over elkaar gevouwen, luisteren naar de docent. "Zapis" blaft de docent. De leerlingen openen hun schrift en beginnen te schrijven. De docent dicteert wat woorden. Weer luisteren, meer mogen ze niet. Wanneer gaan ze aan het werk? De docent wijst naar mij.
"She's from Netherlands. She teacher. She look, you act normal." Een klein lachje komt er van zijn gezicht, al is het niet van harte. Ik loop rond en kijk naar het werk van de leerlingen. Keurig werken ze in hun schrift, dat moet ik bekennen. De woorden die er staan, begrijp ik niet, maar de wiskunde staat correct genoteerd. Ik wil op mijn horloge kijken, maar dan bedenk ik me dat ik dat in Nederland heb laten liggen. Een horloge met een regenboogvlag erop, kun je daarvoor worden opgepakt?
Ik zit op de stoel van de docent, de leerlingen mogen vragen aan mij stellen. Hoe zien de scholen eruit, wat voor lessen worden er gegeven, hoe werken de Nederlandse kinderen? De vragen worden wat persoonlijker. Hoe ziet mijn huis, mijn stad eruit? In het Engels probeer ik zo goed als het gaat, alle vragen te beantwoorden. Er zit een tolk naast me, om het te vertalen naar het Russisch. Er zijn ook andere docenten bij.
"Are you married?" "No, I'm not." Er wordt wat onrustig heen en weer bewogen. Snel kijk ik naar de handen van de andere docenten: allemaal een trouwring. Misschien is het gek om ongetrouwd les te geven.
"But, you have boyfriend, right?" "No, I haven't." Ik word wat ongemakkelijk. Hoe streng is die anti-homowet hier in de school? Zou ik mogen zeggen dat ik een vriendin heb?
"So, you're alone?" Een docent met een kaal hoofd en een zwart overhemd aan, kijkt mij doordringend aan. Ernaast staat een jongere man, ik schat begin 30. Hij knikt naar me, en ik begrijp het: hij zit in hetzelfde schuitje als ik.
Blijkbaar antwoord ik niet snel genoeg, want ik zie de kale man afkeurend knikken.
Met de andere docenten uit Europa loop ik het gebouw uit. Op zich is Moskou een mooie stad, al komen de bewoners kil op mij over. Steeds kijk ik achterom: word ik niet achtervolgd, word ik niet nagestaard?
Het is al donker als we met z'n allen het restaurant uit lopen. Het is nog een klein halfuurtje lopen naar het hotel. De rest loopt door, maar Anabelle, een jonge vrouw uit Franconville, blijft achter en ik besluit op haar te wachten.
Zo samen lopen we naar het hotel: zij aan de rechterkant, ik aan de linker, gezellig in het Engels aan het praten over het Franse onderwijs. Opeens, vanuit het niets, worden we omsingeld door een groep mannen. Een van de mannen is de kale met het zwarte overhemd. Hij wijst naar mij. "Lesbiyanka!" Ik kijk om, maar Anabelle is nergens te bekennen. Er wordt aan mij getrokken, ik word verrot geslagen, maar omstanders doen niks. Ik sla zo hard om mij heen als ik maar kan, ik schop in de rondte. Ik voel het bloed langs mijn wangen gaan, maar het kan me niks schelen: ik strijd voor mijn rechten, al wordt het mijn dood. Het licht gaat uit.
Alles is wit. Helder wit. Lichtgevend wit. Mijn tijd is gekomen.
Naast mij staat een man. De man van de knokpartij. We staan voor de hemelpoort. Hoe word ik beoordeeld? En, misschien nog wel belangrijker, mag hij ook naar binnen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten