Een van de leerlingen had geen zin meer om te werken. Het
was de tweede keer vandaag dat ze wiskunde hadden en het was het laatste
kwartiertje voordat de dag voorbij was.
De leerling had al gewerkt, was moe, een beetje ziek en
moest hierna ook nog gaan werken. Om interesse te tonen, vroeg ik waar de
jongen werkte. Van het werken ging het over op het salaris door naar mijn baan.
Ik vertelde dat ik lesgeef op de Hogeschool Rotterdam, samen met een andere student. De jongens
(zijn buurman hield het werk ook voor gezien en luisterde mee) vroegen of het
de stagiaire van Natuurkunde was. Deze stagiaire heeft zijn haar altijd in een
staart. Ze vroegen of ik hem een aantrekkelijke man vond. Naar waarheid
antwoordde ik hierop van niet. Een van de jongens vroeg wat voor mannen ik aantrekkelijk
vond. Ook hierop antwoordde ik naar waarheid, dat ik geen enkele man
aantrekkelijk vond. De jongens keken bedenkelijk en een van hen vroeg of ik
meisjes dan aantrekkelijk vond. Hierop antwoordde ik, opnieuw geheel naar
waarheid, dat dat inderdaad het geval is.
"Nee mevrouw, ik geloof u niet, daar bent u niet het type voor!" De jongens willen mij uithoren, misschien denk ik ergens te lang over na, als "bewijs" dat het niet zo is. Ik vertel wat ik wil vertellen en aan het einde van de les vinden ze het wel best.
Morgen weer een stagedag, ben benieuwd hoe snel het vuurtje loopt. Ik ben positief verrast door de reacties: het was een combinatie van ongeloof en interesse, terwijl ik meer walging verwachtte. Wel leuk dat de jongen mij er niet het type voor vindt, terwijl ik mezelf gayer vind dan een suikerspin. ;-)
De reacties vallen inderdaad mee... Ben wel heel benieuwd of morgen de hele school het weet, of dat dat óók mee zal vallen :-P
BeantwoordenVerwijderenMorgen kan ik het je vertellen :-)
Verwijderen