Een man. Een onverzorgde man. Vuile handen, smerige kleren, maar net niet vies genoeg om hem meteen te bestempelen tot zwerver. Hij lijkt er wel op, met zijn half opgerookte zelfgedraaide sigaret en blikje huismerkbier in de hand.
De man staat bij de tramhalte, en wordt genegeerd door de andere wachtenden. Het is een druk kruispunt en er is veel verkeer. Een dame, niet ouder dan 20, staat te bellen. De man roept wat naar haar in een taal die Nederlands moet voorstellen. De dame kijkt geërgerd naar boven en negeert het geroep. De man begrijpt niet en gaat door met roepen. Met zijn vrije hand grijpt hij naar z'n kruis en schudt eraan.
Een andere jonge vrouw komt aanlopen. De draagt een marineblauw colbertje met goudkleurige manchetknopen en een grijze schoudertas. Haar ogen worden bedekt door een zonnebril. Op een afstand van zo'n 2 meter gaat ze bij de man staan. Uit haar ooghoeken kijkt ze hem aan. De man begint wat in het algemeen te roepen.
De jonge vrouw met de goudkleurige manchetknopen draait zich om en zegt, minimaal met het volume van de man: "Doe eens even normaal joh!" De man kijkt de jonge vrouw aan en begint een gesprek.
"Ja sorry man, maar ik zal het even uitleggen." De jonge vrouw zet haar zonnebril op haar hoofd en kijkt de man aan. Hij neemt nog een trekje van zijn zelfgedraaide sigaret en gooit hem op de grond.
"Wel goed dat je me zo aanspreekt hoor, dat waardeer ik echt, maar kijk: ik heb geen baan, geen huis, geen auto, geen vrouw. Ik heb wel dit blikje bier. Wat moet ik dan?" Vragend kijkt hij de jonge vrouw aan, die bijna een kop groter is.
"Dat is allemaal erg vervelend, maar dat geeft u niet het recht om zomaar wat te roepen."
De tram komt aangereden en de jonge vrouw loopt erheen.
"Je moet hier wat aan doen, je snapt het niet, je bent vast advocate of zo." Met minachting kijkt hij de jonge vrouw na.
"Nee hoor, ik ben gewoon leraar," zegt ze met een lach en stapt de tram in.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten